Beiden wonen ze in Frankrijk terwijl Madiambal Diagne en Doro Guèye onder een internationaal arrestatiebevel van de Senegalese justitie vallen. Toch bestaan er tussen Parijs en Dakar, wat rechtspraak betreft, een uitleveringsverdrag. Maar in de praktijk lijkt de uitvoering van dit uitleveringsbevel geen kleinigheid te zijn.
Diagne werd gisteren in de ochtend gearresteerd in het departement Yvelines, ten zuidwesten van Parijs. De journalist, en tevens hoofd van de persgroep Avenir Communication, uitgever van Le Quotidien, werd vervolgens voorgeleid bij het parket-generaal van Versailles. Daarop volgde een plaatsing onder gerechtelijk toezicht. Diagne werd dus vrijgelaten terwijl hij sinds 26 september jl. onder een internationaal arrestatiebevel van Senegalese justitie staat. Een maatregel genomen in het kader van een zaak van verdachte transacties tussen de rekeningen van een onroerend-goedmaatschappij (SCI) opgericht door Madiambal Diagne, SCI Pharaon en Ellipse Projects, ter waarde van meer dan 21 miljard FCFA. Het is in het kader van deze zaak dat hij Senegal onder onopgehelderde omstandigheden verliet richting Frankrijk, terwijl hem een uitreisverbod was opgelegd. Onder gerechtelijk toezicht wacht de krant die het regime fel bekritiseert op de inhoudelijke beoordeling van de uitleveringsaanvraag die door de Senegalese justitie aan de Franse is gericht. De aanvraag zal op 28 oktober worden behandeld door het Hof van Beroep te Versailles.
Een procedure die vergelijkbaar is met die van de Franse justitie in de zaak van de zakenman Doro Guèye. De zakenman Doro Guèye werd in juni 2024 in hechtenis genomen en kreeg daarna vrij onder gerechtelijk toezicht. Zijn aanhouding is gelinkt aan beschuldigingen van vermeende onroerend-goedfraude ter waarde van meer dan 1 miljard FCFA. Daarna vluchtte hij naar Frankrijk. Zo heeft de Senegalese justitie in oktober 2024 een internationaal arrestatiebevel tegen Doro Guèye uitgevaardigd. In het kader van deze procedure werd de CEO van de Gaye-groep in Parijs gearresteerd en vervolgens onder borgtocht van 160.000 euro voor de Franse justitie vrijgelaten in afwachting van de indiening en formele behandeling, in december aanstaande, van het uitleveringsverzoek dat door Senegal is ingediend. Maar, volgens informatie, heeft het Hof van Beroep in Parijs de schorsing gelast van de behandeling van het uitleveringsverzoek dat door de Senegalese justitie tegen Pape Dora Guèye is ingediend. De Franse justitie eist van de Senegalese partij aanvullende informatie voordat zij uitspraak doet over het uitleveringsverzoek.
Twee gevallen, een strijd voor de Senegalese rechtspraak
Ondanks het bestaan van een uitleveringsverdrag tussen Senegal en Frankrijk, ondertekend op 7 september 2021, moet opgemerkt worden dat de uitvoering van een uitleveringsverzoek wel degelijk is geregeld. Inderdaad, artikel 1 van het Verdrag legt meteen de uitleveringsplicht vast. Het verdrag stelt: “De Partijen verbinden zich om elkaar wederzijds te leveren, volgens de bepalingen van dit Verdrag, alle personen die zich op het grondgebied van een van de Partijen bevinden en door de gerechtelijke autoriteiten van de andere Partij worden gezocht met het oog op vervolging of tenuitvoerlegging van een vrijheidsstraf voor een feit dat tot uitlevering aanleiding geeft.” Artikel 2 bepaalt welke feiten tot uitlevering leiden. Het gaat om feiten die strafbaar zijn volgens de wetten van de verzoekende Partij en de Partij die wordt verzocht, met een vrijheidsstraf van maximaal ten minste twee jaar.
Verder, préciseert men in het artikel, als uitlevering wordt gevraagd ten behoeve van de tenuitvoerlegging van een straf, moet de resterende duur van de straf ten minste zes maanden bedragen. De uitleveringsverzoek moet bovendien meerdere feitelijke, afzonderlijke feiten omvatten die elk strafbaar zijn volgens de wetten van beide Partijen, maar waarvan sommige niet aan de voorwaarden van de paragrafen 1 en 2 voldoen. Artikel 3 van de Uitleveringsverdrag behandelt de verplichte gronden voor weigering van uitlevering. Uitlevering wordt niet toegekend, volgens de tekst, als de straf waarvoor uitlevering wordt gevraagd als een politieke misdaad wordt beschouwd of als feiten die daarmee verband houden. Uitlevering wordt ook niet toegekend wanneer de vereiste Partij serieuze redenen heeft om te vermoeden dat uitlevering is gevraagd met het doel een persoon te vervolgen of te straffen om redenen van ras, geslacht, godsdienst, nationaliteit of politieke opvattingen, of als de situatie van deze persoon daardoor zou worden verergerd wegens een van deze redenen.
De Verdrag heeft bovendien de misdrijven gespecificeerd die niet als politieke misdrijven worden beschouwd. Het gaat om de aanslag op het leven of de poging daartoe op een staatshoofd van een van de Partijen of een familielid, en misdrijven waarvoor de Partijen, op grond van een multilateraal akkoord, verplicht zijn de uitlevering van de gezochte persoon te doen of de zaak aan de bevoegde autoriteiten voor te leggen om te beslissen over vervolging. Al in het geval van Madiambal Diagne tarten zijn advocaten de procedure.
Zeer kritisch tegenover het huidige regime kan de afhandeling van zijn uitlevering door de Franse justitie ingewikkeld uitpakken als zij rekening houdt met de politieke overtuigingen van de journalist. Bovendien eist de Franse justitie in de zaak Doro Guèye een aanvullend informatie voordat zij instemt met het uitleveringsverzoek van Senegal. Eén ding is zeker: de strijd lijkt lang te gaan duren voor de Senegalese justitie.